Bestrijding eikenprocessierups komt er weer aan
Van 19.00 tot 02.30 uur lawaai in de Hengelose wijken
De eerste eikenprocessierupsen zijn weer uit het ei. Gildebor en de gemeente Hengelo starten daarom, als de weersomstandigheden het toelaten, vanaf woensdag 10 april met de bestrijding van de rups. Het doel van de bestrijding is om overlast later in het jaar zoveel mogelijk te voorkomen. We spuiten ’s nachts (tussen 19.00 en 02.30 uur) aaltjes (hele kleine wormpjes) in de gemeentelijke eiken. Dit kan voor (geluids)overlast zorgen.
De bestrijding en het lawaai van de machines is inmiddels een bekend fenomeen. Wethouder Claudio Bruggink over de bestrijding: ‘We willen de overlast van de eikenprocessierups graag onder controle houden. We zien dat dat de afgelopen jaren goed is gelukt. Het aantal meldingen is dan ook flink verminderd. Daar zijn we blij mee. We merken daarin het effect van de gecombineerde aanpak: spuiten met aaltjes, wegzuigen van nesten en investeren in meer biodiversiteit.
Nachtelijk lawaai
We doen de bestrijding ’s nachts omdat de aaltjes normaal onder de grond leven. Ze kunnen niet goed tegen uv-licht en doen hun werk dus het beste in het donker. Nadat een boom bespoten is, zoeken de aaltjes een jonge eikenprocessierups op. Het aaltje dringt de rups binnen. Daardoor gaan de rupsen dood voordat ze overlast kunnen veroorzaken. Elke zomereik wordt twee keer bespoten, met een tussenperiode van enkele dagen. Dit maakt de kans op slagen het grootst.
🔊 Hoe de machine klinkt? Luister mee.
Wegzuigen van nesten
Een groot deel van de eikenprocessierupsen overleeft de behandeling met aaltjes niet. De rupsen die wel overleven, gaan zich ontwikkelen. In de eerste weken hebben ze nog geen brandharen die jeuk kunnen veroorzaken. Naar verwachting krijgen ze deze brandharen pas halverwege mei. Dan maken ze ook nesten in de eiken. Op dat moment start Gildebor met het wegzuigen van nesten in de gemeentelijke bomen op plekken waar deze voor hinder kunnen zorgen. Op deze manier beperken we zoveel mogelijk de overlast voor onze inwoners.
Inzet op meer biodiversiteit
Naast het bestrijden van de eikenprocessierups door de behandeling met aaltjes en het wegzuigen, proberen we de overlast ook te beperken door in te zetten op meer biodiversiteit. Simpel gezegd willen we meer soorten planten en dieren in de stad. Het verhogen van biodiversiteit doen we bijvoorbeeld door in de stad te vergroenen én op veel plekken anders te maaien. Op steeds meer plekken veranderen we kortgemaaide gazons naar kruidenrijke bermen en grasstroken. Het duurt wel een tijdje voordat je ook echt een mooie verscheidenheid aan planten en dieren terugziet. Maar uiteindelijk wordt het openbaar groen zo aantrekkelijker voor meer soorten, en daarmee ook voor de vele natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups en -vlinder.