Reset van sociaal domein
Vergaande keuzes binnen Jeugdhulp, Wmo en Werk & Inkomen
Het college van B en W windt er geen doekjes om; het sociale domein van de gemeente Hengelo moet grondig veranderen en wel nu.
‘Het sociaal domein in Hengelo is financieel onhoudbaar. Dit vraagt om vergaande keuzes. We moeten het systeem écht resetten’, zegt Jacqueline Freriksen, coördinerend wethouder van het sociaal domein. Op 12 juli gaat het college hierover met de gemeenteraad in gesprek.
Ook praat het college binnenkort onder andere met de Adviesraad sociaal domein en de Cliëntenraad Werk en Inkomen. Al die gesprekken moeten uiteindelijk leiden tot een concreet Transformatieplan, dat in oktober 2022 vastgesteld moet worden door de gemeenteraad.
Bekijk: Transformatieplan Sociaal Domein - oktober 2022
Niet nieuw en niet uniek
Dit alles is niet nieuw. Al in 2017 hebben college en gemeenteraad maatregelen genomen om de uitgaven binnen het sociaal domein meer in balans te brengen met de inkomsten. Die maatregelen hebben onvoldoende effect gehad. Onder andere doordat het aantal cliënten bleef stijgen én omdat de vragen en problemen steeds complexer lijken te worden. Hengelo is daarin niet uniek. Landelijk gezien zijn de kosten met meer dan 30% gestegen in de periode van 2015 tot 2020! Een einde van die groei of zelfs een afname is niet in zicht. Ook de Hengelose cijfers liegen er niet om:
- De totale uitgaven voor jeugdhulp zijn de afgelopen jaren stevig toegenomen; van 23,5 miljoen euro in 2019 naar 27,5 miljoen euro in 2020 naar meer dan 30 miljoen euro in 2021
- Binnen de Wmo geeft de gemeente Hengelo het meeste geld uit aan Huishoudelijke ondersteuning. In 2021 was dat in totaal ruim 9,2 miljoen euro. In 2020 was dat 8,3 en in 2019 nog 6,8 miljoen euro(1). Door de vergrijzing verwacht de gemeente bovendien dat de kosten voor de totale Wmo de komende jaren enorm toe zullen nemen.
- Ook bij de uitvoering van de Participatiewet voorziet de gemeente Hengelo problemen in de toekomst. Tot nog toe was het budget dat de gemeente Hengelo daarvoor vanuit het rijk ontving, het zogenoemde BUIG-budget, altijd voldoende. Maar door gewijzigd Rijksbeleid gaat dat wijzigen. In 2022 ontvangen we hiervoor al zo’n 2,5 miljoen euro minder dan in voorgaande jaren. En de verwachting is dat Hengelo in 2023 voor het eerst meer geld aan uitgeeft aan de taken binnen Werk & Inkomen, dan het te ontvangen BUIG-budget.
‘De afgelopen jaren hebben we telkens de ondersteuning voor onze inwoners voorop gesteld’, aldus Freriksen. ‘Dat blijven we ook doen, maar we gaan het wel anders organiseren. Want het is niet verantwoord om op deze wijze door te gaan. Er liggen veel grote opgaven in de stad. Denk aan de woningbouw, de energietransitie, de transformatie van de binnenstad en Hart van Zuid. Ook daarin moeten we als gemeente investeren, om een gezonde en aantrekkelijke stad te blijven. Aangezien we ons geld maar één keer kunnen uitgeven, moeten we nu echt keuzes maken. Alleen dan kunnen we ervoor zorgen dat we ook in de toekomst de meest kwetsbare mensen in onze stad kunnen blijven ondersteunen.’
In gesprek over uitgangspunten en scenario’s
Het college van B en W wil de ondersteuning vooral ánders gaan organiseren, om de uitgaven in het sociaal domein binnen de daarvoor beschikbare budgetten te houden. Het college heeft daarvoor een aantal uitgangspunten vastgesteld:
Normaliseren, preventie en versoberen
In elke fase van het leven krijgen mensen te maken met nieuwe uitdagingen of problemen in het dagelijkse leven. Het college wil stimuleren dat mensen daar eerder bij stilstaan, zodat ze zelf maatregelen kunnen nemen. De gemeente biedt pas ondersteuning als de mensen dat zelf niet meer kunnen regelen en kijkt daarbij wat écht nodig is.
Basisvoorzieningen (door)ontwikkelen
Het college wil dus graag dat mensen eerst kijken wat ze zelf en met behulp van hun netwerk kunnen oplossen. Lukt dat niet, dan kunnen de inwoners in eerste instantie terecht bij basisvoorzieningen in de wijk, die het college wil doorontwikkelen. Hier kunnen inwoners naar toe zonder doorverwijzing of indicatie. Pas als die basisvoorzieningen ontoereikend zijn, kijkt de gemeente welke aanvullende ondersteuning nodig is. Hierdoor is er minder (duur) individueel maatwerk nodig.
Lokaal, zakelijker en minder aanbieders
Het college wil de ondersteuning zoveel mogelijk lokaal organiseren, ook de maatwerkvoorzieningen. Het college gelooft dat inhoudelijk en financieel sturen en bijsturen binnen de begroting alleen kan, door de samenwerking met partners anders in te richten. Daarbij is een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor kwaliteit en budget het uitgangspunt. Dit najaar wil het college in gesprek met partners die ook geloven dat anders organiseren noodzakelijk is en die hier ideeën over hebben. Daarmee investeert het college in langdurig partnerschap en samenwerking met partijen en continuïteit voor onze inwoners.
Transformatieplan en uitvoering
Het college van B en W heeft deze uitgangspunten vertaald in drie mogelijke scenario’s. Deze worden besproken met de gemeenteraad en de advies- en cliëntenraden. Het college neemt de uitkomsten hiervan mee bij de uitwerking in een concreet Transformatieplan. Dit plan wordt in oktober van dit jaar vastgesteld en daarna gefaseerd uitgevoerd. Zo is er voldoende tijd om klanten, cliënten inwoners en zorgaanbieders goed op de hoogte te brengen van alle veranderingen en wat dit voor hen betekent.
(1) De genoemde bedragen voor Huishoudelijke Ondersteuning (HO) zijn de bedragen die zijn uitgegeven aan HO via aanbieders. HO via PGB is hierin niet meegenomen.